De wet van 17 maart 2024 betreffende de termijnen en de sancties voor de verzekeringsprestaties treedt op 1 oktober 2024 in werking (publicatie in het Belgisch Staatsblad op 2 april 2024).
De wet van 17 maart 2024 is van toepassing op de verzoeken tot schadevergoeding die vanaf 1 oktober 2024 zijn ingediend.
Deze wet voert algemene betalingstermijnen en sancties voor verzekeraars in. Voor bepaalde takken, zoals BA Motorrijtuigen, Brand, Leven en Aanvullende Pensioenen, werden de betalingstermijnen al nauwgezet geregeld. Met de wet van 17 maart 2024 voert de wetgever nu ook een algemene regeling in. De wetgever beoogt hiermee de uitbetaling van schadevergoedingen door verzekeraars te versnellen.
De wet van 17 maart 2024 voert een algemene regel in voor de volgende verzekeringsproducten:
- aansprakelijkheidsverzekeringen (bijvoorbeeld BA privéleven, objectieve BA Brand en ontploffing in voor het publiek toegankelijke inrichtingen, …)
- zaakverzekeringen (bijvoorbeeld autoverzekeringen voor materiële schade, diefstal, bagageverzekeringen, …)
- andere verzekeringen (bijvoorbeeld bijstand, gezondheidsverzekeringen, ongevallenverzekeringen, uitgezonderd de arbeidsongevallenverzekering waarvoor een specifieke wettelijke regeling geldt)
Daarnaast voorziet de wet van 17 maart 2024 in de aanpassing van artikel 121 van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen (“Wet Verzekeringen”) om de coherentie tussen dat artikel en het nieuwe regime voor de zaakverzekeringen te waarborgen.
Ook de regeling van die reeds voorzien is in de artikelen 13 en 14 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen (“WAM-wet”) wordt bij een afzonderlijke wet van 17 maart 2024 gewijzigd.
In deze blogpost vindt u een samenvatting van de nieuwe en gewijzigde regelingen.
1. Nieuwe algemene regels voor aansprakelijkheidsverzekeringen
De wet van 17 maart 2024 voert de artikelen 145/1 tot en met 145/5 in de Wet Verzekeringen in. Deze bepalingen bevatten de nieuwe algemene regels over de betalingstermijnen en sancties voor aansprakelijkheidsverzekeringen.
We onderscheiden 2 scenario’s.
In het eerste scenario is er geen betwisting. De verzekeraar moet binnen 3 maanden vanaf een verzoek tot schadevergoeding van de benadeelde een voorstel tot schadevergoeding formuleren indien (i) de dekking van de aansprakelijkheid onder de verzekeringsovereenkomst niet betwist wordt; (ii) de aansprakelijkheid niet betwist wordt; (iii) de schade niet betwist wordt en gekwantificeerd is. Eens het voorstel tot vergoeding aanvaard is door de benadeelde, moet de verzekeraar dit binnen 30 werkdagen betalen.
Indien de schade niet volledig gekwantificeerd werd, moet de verzekeraar binnen 3 maanden een voorstel tot voorschot voorleggen. Voor lichamelijke letselschade moet het voorschot minstens betrekking hebben op de reeds gemaakte kosten en op het zonder betwisting verschuldigde bedrag in het licht van de reeds gekende gevolgen die al verstreken zijn of nog te verwachten zijn op basis van een medische expertise. De benadeelde kan ten vroegste 6 maanden na het vorige verzoek een nieuw verzoek tot voorschot indienen.
De verzekeraar die de termijn van 3 maanden niet respecteert, stelt zich bloot aan een sanctie. De verzekeraar is dan verschuldigd: een bijkomend bedrag dat overeenkomt met de wettelijke interestvoet toegepast op de vergoeding of het voorschot door de verzekeraar voorgesteld of door de rechter aan de benadeelde toegewezen gedurende een termijn die ingaat op de dag van verstrijken van de 3 maanden tot de dag volgend op de dag van ontvangst van het voorstel door de benadeelde of beslissing die vergoeding toekent die in kracht van gewijsde gaat.
In het tweede scenario is er wel betwisting. De verzekeraar moet binnen 3 maanden een gemotiveerd antwoord geven op het verzoek tot schadevergoeding indien (i) de dekking van de aansprakelijkheid onder de verzekeringsovereenkomst wordt betwist; (ii) de aansprakelijkheid wordt betwist of niet duidelijk is vastgesteld; (iii) de schade wordt betwist of niet gekwantificeerd is.
De verzekeraar die deze termijn niet respecteert, is van rechtswege een forfaitair bedrag van 300 EUR verschuldigd aan de begunstigde van de verzekeringsprestatie. Dit bedrag is verschuldigd zonder enige ingebrekestelling. Verder heeft de begunstigde recht op een forfaitaire betaling van 300 EUR per dag vertraging indien de begunstigde de verzekeraar in gebreke heeft gesteld en de verzekeraar niet heeft geantwoord op de herinnering binnen 11 dagen.
2. Gewijzigde regeling van artikel 13 en 14 WAM-wet
De wet van 17 maart 2024 tot wijziging van de WAM-wet stemt de regeling van artikel 13 en 14 WAM-wet af op de nieuwe algemene regeling met betrekking tot aansprakelijkheidsverzekeringen (de wet bevat ook een aantal andere belangrijke wijzigingen, die hier niet aan bod komen).
3. Nieuwe algemene regels voor zaakverzekeringen
De nieuwe wet voert een nieuw artikel 111/1 Wet Verzekeringen in, dat van toepassing is op zaakverzekeringen bij gebreke van andere specifieke wetsbepalingen (bijvoorbeeld brand).
Bij betwisting over de dekking door de verzekeraar naar aanleiding van een verzoek tot vergoeding, beschikt de verzekeraar over een termijn van 3 maanden om gemotiveerd te antwoorden op het verzoek tot vergoeding. Bij gebrek aan tijdig antwoord, stelt de verzekeraar zich bloot aan dezelfde sancties als bij de aansprakelijkheidsverzekeringen in het geval van betwistingen (300 EUR forfait van rechtswege + 300 EUR per dag vertraging na ingebrekestelling).
Indien de dekking niet betwist wordt, moet de verzekeraar het niet-betwiste gedeelte betalen binnen 30 dagen. Bij een betwisting over de omvang van de verzekeringsprestatie voert de wet een regeling in waarbij een expertise wordt georganiseerd. De schadevergoeding moet dan binnen 30 dagen volgend op de beëindiging van de expertise of vaststelling van het schadebedrag worden betaald. Bij het niet respecteren van deze betalingstermijn, is de verzekeraar van rechtswege verschuldigd: een interest aan tweemaal de wettelijke interestvoet op het gedeelte dat niet tijdig betaald is.
4. Nieuwe algemene regels voor andere verzekeringen
De wet van 17 maart 2024 voert een nieuw artikel 73/1 Wet Verzekeringen in. Dit artikel bevat een algemene bepaling die geldt voor de andere verzekeringen bij gebreke van een andere specifieke wettelijke bepaling.
Net zoals bij de zaakverzekeringen, beschikt de verzekeraar bij betwisting over de dekking over een termijn van 3 maanden om gemotiveerd te antwoorden op het verzoek tot vergoeding. Dezelfde sancties als bij de zaakverzekeringen gelden ook hier.
De verzekeraar moet overgaan tot uitbetalen van de verzekeringsprestatie binnen 30 dagen vanaf het ogenblik dat (i) de verzekeraar over alle benodigde informatie beschikt; (ii) er geen betwisting meer bestaat over de dekking van het schadegeval en het bedrag van de verschuldigde verzekeringsprestatie. Indien er toch betwisting bestaat over het definitieve bedrag van de prestatie moet de verzekeraar het niet-betwiste gedeelte binnen 30 dagen betalen. De sanctie wegens het niet respecteren van deze termijn, is identiek aan de sanctie bij de zaakverzekeringen.